Slettebakken

Tijd om eiland Møn te verlaten. Nancy rekent de camping af. We vinden de campingeigenaar de hele week al nors. Steeds als we iets vragen, krijgen we het antwoord “lees maar, hangt buiten aan de muur”. Nancy vraagt om wat uitleg over de rekening omdat ze het bedrag aan de hoge kant vindt. Met tegenzin perst de eigenaar er een antwoord uit, tegelijkertijd met zinnen als “de computer liegt nooit” en “ik ben geen crimineel”. Pfff, gauw weg hier.

Na een tussenstop in Aarhus komen we aan in Hirsthals, onze laatste overnachting in Denemarken. We brengen een bezoek aan dit havenstadje en struinen door de duinen, tussen de vele bunkers uit de Tweede Wereldoorlog. Wat voelt het vreemd om tussen oorlogsrestanten te lopen, nu dit gebied er zo vreedzaam bij ligt. De volgende ochtend trekken we de Aldi leeg omdat we steeds horen dat Noorwegen zo duur is. Tijd nu om de boot op te rijden. Toevallig trakteert onze USB-stick ons op Rammstein. We zetten de radio vol open waarmee zo’n bootreis ineens een heel andere dimensie krijgt. Like!

Op de boot slaapt Nancy een gat in de tijd. Mark is aan dek en geniet van het monotome uitzicht op zee in de harde wind. Wat is dit heerlijk. We eten friet met gefrituurde vis. Op de foto zag het er best lekker uit, maar op ons bord ligt iets in een dikke kroketlaag. Dat “iets” zou vis moeten zijn. Een laagje vispulp, meer kunnen we er niet van maken…
’s Avonds worden we vermaakt door twee gitaristen die covers voor ons spelen en een goochelaar. Tijdens de tweede set liedjes van dezelfde muzikanten merken we dat ze zo ongeveer voor ons alleen spelen. Ze hebben er merkbaar weinig zin in terwijl wij na coctails en bier steeds meliger worden.

We slapen heerlijk door de deining en de volgende ochtend rijden we naar een camping vlakbij Bergen. Onze campinggids beschrijft een idyllische, stille camping aan een meertje. Vol verwachting sturen we onze Landrover het kampeerterrein op en even later staan we er dan. Vlak langs de grote weg in het grind. Zucht. Gelijk maar naar Bergen dan, met de bus en tram die ons door haltes loodst met lachwekkende namen als “Slettebakken”en “Sletten”.

In Bergen bezoeken we “the places to be”. We lopen door de straatjes net buiten het centrum en vinden wat leukere straatjes met leuke winkeltjes. We sluiten de dag af met een grote hamburger, goeie friet, goei bier en met goei volk.

We besluiten om het bij één middag Bergen te laten en rijden de volgende dag naar Øvre Eidfjord: de toegangspoort naar de Hardanger Vidda. We genieten van de rit ernaartoe. De wegen worden steeds smaller, het landschap steeds mooier. Op het moment dat we denken dat we er zijn, rijden we de bocht om en: twee gigantische cruiseschepen. Nee!!! Maar gelukkig, ons dorp ligt een aantal kilometers verderop en even later staan we met ons kampeermobiel aan een meer met fantastisch uitzicht. Dit is wat we willen.